vrijdag 14 juli 2017

Prinsenhof


'Slecht stucwerk' dacht ik eerst nog, terwijl ik in al mijn kippigheid de kleine trap in museum Prinsenhof opliep. Maar mijn vrouw wist (weer) beter: dit was niet zomaar een trap, precies op deze plek is Willem van Oranje vermoord, 433 jaar geleden, en dat zijn kogelgaten daar in die muur. En inderdaad, de gedenktegel op deze historisch beladen plaats is eigenlijk niet te missen.


Wij waren in Delft voor de tentoonstelling van Ming porselein en belandden daardoor 'toevallig' op de sterfplek van Willem, net zoals we ooit in Duitsland toevallig in slot Dillenburg verzeild waren geraakt, waar eens zijn wiegje stond. Het zou een perfect afgeronde bedevaart zijn voor een ware Oranjeklant, maar zelf heb ik daar niet zo veel mee.


Er hangt een portret van de moordenaar, Balthasar Gerards, met wie het heel slecht is afgelopen. En ja, hij heeft er wel een hoofd voor. Verder staat er nog een soort rariteitenvitrine met een studie van het hoofd van Willem van Oranje, een medaillon met doodsportret, een geopende ivoren bol met daarin een voorstelling van de moord en een exemplaar van het type pistool waarmee de moord gepleegd is. Niet bepaald een wapen wat je makkelijk verbergt, lijkt mij.


In een andere zaal wordt de tachtigjarige oorlog nog eens in sneltreinvaart uit de doeken gedaan via een indrukwekkende presentatie op een enorm driedelig videoscherm. Heel modern, maar tot m'n verbazing met precies dezelfde onversneden protestante invalshoek als de lessen Vaderlandsche Geschiedenis op mijn lagere school decennia geleden, een school die nog vernoemd was naar een bekende Zwitserse theologische tiran. Alles kwam weer eens voorbij: brandstapels, inquisitie, de edelen, beeldenstorm, Alva, geuzen. Hoe vaak heb ik deze verhalen niet gehoord?

De vier vrouwen van Willem en een klein ruiterstandbeeld.

In deze zaal probeert men een link te leggen tussen Willem en koningshuis nu.


Ik ben dol op oude gebouwen zoals dit. De toiletruimte vond ik bizar. Oeroude plavuizen, veel donker hout, dikke deuren, schuiven, haakjes. Het was er helaas zo krap, dat een foto maken onmogelijk was. Een suppoost keek me achterdochtig na.


Veel Delfts blauw en ander porselein in dit museum. In deze vitrine een allegaartje aan voorbeelden uit de 18e eeuw: een paard, twee bustes, een madonna met kind, een leeuw, eekhoorn en een vogel. Opvallend vond ik het vioolspelende aapje, die volgens de informatietekst veel voorkwamen in de 18e eeuw. Ieder z'n smaak, denk ik dan. Ik herinner me iemand van Marktplaats die ooit informeerde of ik ook "vioolspelende schaapjes" in huis had, voor de collectie van zijn vrouw.


Vaas van Jacoba aardewerk (Delft na 1897), ontworpen door Adolf le Comte (1850-1921). In de vitrine staan nog meer kunstvoorwerpen met het portret van Jacoba van Beieren (1401-1436), nog zo'n icoon uit de oude geschiedenisboekjes. Helaas kan ik nergens terugvinden waarom juist zij in die periode zo vaak in keramiek werd afgebeeld.


Vaas met maraboes, Delft 1898. Ontwerp Theo van Hoytema (1863-1917).

Museum Prinsenhof is een leuk museum waar ik zeker nog een keer terugkom. De oude binnenstad van Delft is sfeervol, iets tussen Leiden en Haarlem in.