donderdag 14 november 2013

Kokoschka in Rotterdam


2013 blijkt een prima jaar voor de liefhebbers van kunst uit Wenen. Eerder al Hundertwasser in het Cobramuseum in Amstelveen, en nu Kokoschka in Boijmans Van Beuningen in Rotterdam.

Behalve het totaal ontbreken van enige rechte lijn, kan ik eigenlijk geen overeenkomsten tussen deze twee bedenken. Waar ik van Hundertwasser voornamelijk vrolijk word, heeft het werk van Kokoschka een nogal duistere sfeer. Hoewel ik moet zeggen dat dit toch wel meevalt als je de schilderijen in het echt ziet. Lijnen die op foto's zwart lijken, blijken in werkelijkheid bijvoorbeeld indigoblauw, wat een enorm verschil maakt.


Oskar Kokoschka (1886-1980) geldt als een van de belangrijkste kunstenaars van de Oostenrijkse avant-garde van begin twintigste eeuw. Hij werd ontdekt op de Weense Kunstschau van 1908 en door de schilder Gustav Klimt "het grootste talent van de jongere generatie" genoemd, maar al snel keert Kokoschka zich van de Jugendstil af en richt zich op het expressionisme.

De overzichtstentoonstelling die nu in Rotterdam te zien is brengt schilderijen en tekeningen uit diverse internationale collecties  bijeen. De nadruk ligt vooral op portretten. Kokoschka heeft er veel gemaakt en deze expositie biedt een unieke gelegenheid om te zien welke keuzes hij in de loop der jaren heeft gemaakt.


Ik zie een portret uit zijn begintijd waar hij bijna alle verf weer afgeschraapt heeft, wat een prachtig, bijna lichtgevend effect geeft. Terwijl hij later vooral met dikke klodders verf werkt, waarbij de 'richels' die daardoor ontstaan de vorm van het gezicht versterken. In zijn beginjaren maakte hij de portretten soms heel snel, zelfs tijdens een maaltijd of een discussie. En hoewel ze voor de afgebeelde personen (veelal afkomstig uit de Weense elite) vaak niet bepaald flatteus zijn, zijn ze wel enorm karakteristiek en treffend. Een tikje rauw en vaak somber van karakter. Prachtige psychologische portretten die de persoonlijkheid van de geportretteerde haast lijken te ontmaskeren.


Met Alma Mahler.

Op deze tentoonstelling hangen ook enkele zelfportretten uit verschillende fasen  van zijn leven, waarin zijn gemoedstoestand van die periode weerspiegeld wordt. Bijvoorbeeld een intens treurig portret uit 1917, toen Kokoschka nog herstellend was van zware verwondingen, opgelopen aan het front tijdens de Eerste Wereldoorlog. Zijn gammele relatie, onstuimig doch kansloos, met Alma (de weduwe van componist Gustav Mahler),  was kort daarvoor definitief op de klippen gelopen.

Zelfportret 1917.

Zelfportret met gekruiste armen (1923).

Zelfportret van een 'entartete Künstler" (1937). 

De ondertitel van deze tentoonstelling Mensen en beesten komt tot  uitdrukking in de dierenportretten. Kokoschka zag in beesten vaak menselijke trekken, zij fascineerden hem. Van dit onderdeel van de expositie had ik meer verwacht, afgezien van het bekende werk De Mandril (1926) viel het me wat tegen. De verzameling kinderportretten vond ik juist weer verrassend.

De Mandril (1926).


Een kinderportret in opdracht van Carlo Ponti en Sophia Loren uit 1970.
 Zij hebben het uiteindelijk niet gekocht.

Deze prachtige tentoonstelling is nog te zien tot 19 januari 2014.